Enkelvoudige balans per 30 juni 2022 (na verwerking voorstel resultaatbestemming)
ACTIVA
na verwerking resultaatbestemming
(in EUR x 1.000) | Toelichting | 30-jun-2022 | 30-jun-2021 | ||
---|---|---|---|---|---|
VASTE ACTIVA | |||||
Materiële vaste activa | 1 | ||||
Gebouwen en grond | 41 | 55 | |||
Machines en installaties | 10 | 14 | |||
Andere vaste bedrijfsmiddelen | 11 | 14 | |||
62 | 83 | ||||
Financiële vaste activa | 2 | ||||
Deelnemingen in groepsmaatschappijen | 1.096 | 1.063 | |||
Andere deelnemingen | 123 | 146 | |||
1.219 | 1.209 | ||||
TOTAAL VASTE ACTIVA | 1.281 | 1.292 | |||
VLOTTENDE ACTIVA | |||||
Voorraden | 3 | 333 | 249 | ||
Vorderingen |
|||||
Handelsdebiteuren | 4 | 5.272 | 5.036 | ||
Vorderingen op groepsmaatschappijen | 3 | 1.310 | |||
Vorderingen op deelnemingen waarin invloed van betekenis kan worden uitgeoefend | 1.597 | 1.999 | |||
Belastingen, premies en sociale verzekeringen | 5 | 532 | 464 | ||
Overige vorderingen en overlopende activa | 6 | 363 | 408 | ||
7.767 | 9.217 | ||||
Liquide middelen | 7 | 1.186 | 1.459 | ||
TOTAAL VLOTTENDE ACTIVA | 9.286 | 10.925 | |||
ACTIVA | 10.567 | 12.217 |
PASSIVA
(x EUR 1.000)
Toelichting | 30-jun-2021 | 30-jun-2020 | |||
---|---|---|---|---|---|
Eigen vermogen | 8 | 1.641 | 4.086 | ||
Voorzieningen | 9 | ||||
Voorziening deelnemingen | 460 | 649 | |||
Overige | 33 | 30 | |||
493 | 679 | ||||
Kortlopende schulden | |||||
Schulden aan leveranciers | 352 | 321 | |||
Schulden aan groepsmaatschappijen | 8.695 | 4.041 | |||
Schulden aan kredietinstellingen | 10 | 0 | 1.308 | ||
Belastingen en premies | 11 | 115 | 130 | ||
Overige schulden en overlopende passiva | 12 | 921 | 839 | ||
10.083 | 6.639 | ||||
PASSIVA | 12.217 | 11.404 |
Enkelvoudige winst-en-verliesrekening over de periode 1 juli 2021 tot en met 30 juni 2022
(in EUR x 1.000) | Toelichting | 2021/2022 | 2020/2021 | ||
---|---|---|---|---|---|
Netto-omzet | 14 | 38.151 | 37.824 | ||
Overige bedrijfsopbrengsten | 0 | -2 | |||
Som der bedrijfsopbrengsten | 38.151 | 37.822 | |||
Kosten van grond- en hulpstoffen en diensten | 15 | 26.489 | 26.660 | ||
Vrachten en laadkosten | 5.044 | 4.449 | |||
Emballage | 1.864 | 1.553 | |||
Lonen en salarissen | 16 | 1.874 | 1.727 | ||
Sociale lasten en pensioenlasten | 16 | 559 | 564 | ||
Afschrijvingen | 38 | 24 | |||
Bijzondere waardevermindering van vlottende activa | 0 | 1.100 | |||
Overige bedrijfskosten | 17 | 1.734 | 1.407 | ||
Som der kosten | 37.602 | 37.484 | |||
Bedrijfsresultaat | 549 | 338 | |||
Rente baten en soortgelijke opbrengsten | 97 | 0 | |||
Rente lasten en soortgelijke kosten | 18 | -4 | -39 | ||
93 | -39 | ||||
Resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening vóór belasting | 642 | 299 | |||
Vennootschapsbelasting | 19 | -161 | -75 | ||
Resultaat deelnemingen | 253 | -58 | |||
92 | -133 | ||||
Resultaat na belasting | 734 | 166 |
Algemene grondslagen voor de jaarrekening
RELATIE MET MOEDERMAATSCHAPPIJ EN VOORNAAMSTE ACTIVITEITEN
De onderneming, gevestigd te Emmeloord op de Produktieweg 2-A, met KvK-nummer 39025649, is een besloten vennootschap, waarvan de aandelen voor 100% in het bezit zijn van Royal HZPC Group B.V..
De voornaamste activiteiten van de groep bestaan uit het vermarkten van pootaardappelen en gerelateerde producten en diensten. De aangesloten telers verbinden zich aan de onderneming door de door hun geteelde aardappelen te leveren aan de onderneming en ontvangen hierover een uitbetaling. De onderneming verbindt zich de door de teler geleverde oogstopbrengst te verkopen en ontvangt hier een vergoeding voor. In Nederland wordt geteeld in een pool, in het buitenland zijn afzonderlijke afspraken met de telers gemaakt.
Toelichting op de jaarrekening 2021/2022
ALGEMEEN
De vennootschap STET Holland B.V. is opgericht op 6 november 1973.
VERSLAGGEVINGSPERIODE
Deze jaarrekening is opgesteld uitgaande van een verslaggevingsperiode van een jaar, dat loopt vanaf 1 juli tot en met 30 juni van het volgende jaar.
TOEGEPASTE STANDAARDEN
De jaarrekening is opgesteld volgens de wettelijke bepalingen van Titel 9 Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek in Nederland. De grondslagen die worden toegepast voor de waardering van activa en passiva en de resultaatbepaling zijn gebaseerd op historische kosten.
Foutenherstel
Ten onrechte is vorig boekjaar voor de toelichting op de bezoldiging van de bestuurders een beroep gedaan op de vrijstelling van art. 2:383 lid 1 BW. Dat is dit jaar hersteld door het opnemen van de vergelijkende cijfers.
CONTINUÏTEIT
Afgelopen boekjaar heeft COVID-19 pandemie, maar ook de lage olieprijs, impact gehad op onze afnemers en hiermee op onze omzet en marge. Eén van de grootste klanten in het Midden-Oosten heeft minder besteld doordat er minder harde valuta beschikbaar was voor aankoop van pootaardappelen. Dit is de reden dat onze fysieke geleverde tonnen lager zijn en onze marge lager is. Door hogere licentie tonnen is het totaal aan tonnen iets hoger dan vorig jaar. De kosten zijn weer wat lager uitgekomen door dat we verschillende activiteiten hebben uitgesteld. COVID-19 lijkt op zijn retour maar verdwijnen zal het waarschijnlijk niet. Mogelijk worden we geconfronteerd met een nieuwe golf. De economische gevolgen zijn ook nog niet geheel te overzien. Het management beoordeelt continue de beschikbare informatie en de risico's, om passende maatregelen te nemen. De coronacrisis heeft zijn impact gehad op de liquiditeiten van de onderneming welke deze heeft op te vangen door adequate financiering op groepsniveau.
Het management monitort continue de ontwikkeling van de omzet en de kosten om goed zicht te houden op de ontwikkeling van de liquiditeiten. Daarnaast worden er analyses uitgevoerd om op tijd aanvullende maatregelen te kunnen nemen. Op basis van de door het management uitgevoerde analyses en de huidige resultaten en financieringspositie van de onderneming is de jaarrekening opgesteld uitgaande van de continuïteitsveronderstelling.
De huidige financieringsovereenkomst van Royal HZPC Group B.V. is verlengd en loopt tot en met 5 oktober 2024. De directie van Royal HZPC Group B.V. is inmiddels besprekingen gestart met banken om te komen tot een nieuwe financieringsovereenkomst met ingang van oktober 2024. Ondanks het feit dat een toenemende risicoaversie wordt ervaren vanuit compliance regelgeving, heeft de directie van Royal HZPC Group B.V. voldoende vertrouwen in het tijdig verkrijgen van een nieuwe financieringsovereenkomst.
GRONDSLAGEN VOOR DE WAARDERING VAN ACTIVA EN PASSIVA EN DE RESULTAATBEPALING
ALGEMEEN
De cijfers over 2020/2021 zijn geherrubriceerd teneinde vergelijkbaarheid met 2021/2022 mogelijk te maken. Het betreft de volgende herrubricering:
- herrubricering van de vorderingen op telers van overige vorderingen naar debiteuren (EUR 651.000)
- herrubricering van de koersverschillen van netto-omzet naar rentelasten (EUR 39.000)
- herrubricering van doorbelaste pallets van netto-omzet naar emballage (EUR 40.000)
- herrubricering van de omzet pootaardappelen naar licenties (EUR 80.000)
Baten worden in de winst-en-verliesrekening opgenomen wanneer een vermeerdering van het economisch potentieel, samenhangend met een vermeerdering van een actief of een vermindering van een verplichting, heeft plaatsgevonden, waarvan de omvang betrouwbaar kan worden vastgesteld. Lasten worden verwerkt wanneer een vermindering van het economisch potentieel, samenhangend met een vermindering van een actief of een vermeerdering van een verplichting, heeft plaatsgevonden, waarvan de omvang betrouwbaar kan worden vastgesteld. Indien een transactie ertoe leidt dat nagenoeg alle of alle toekomstige economische voordelen en alle of nagenoeg alle risico’s met betrekking tot een actief of verplichting aan een derde zijn overgedragen, wordt het actief of de verplichting niet langer in de balans opgenomen. Verder worden activa en verplichtingen niet meer in de balans opgenomen vanaf het tijdstip waarop niet meer wordt voldaan aan de voorwaarden van waarschijnlijkheid van de toekomstige economische voordelen en/of betrouwbaarheid van de bepaling van de waarde.
De opbrengsten en kosten worden toegerekend aan de periode waarop zij betrekking hebben. Opbrengsten worden verantwoord indien alle belangrijke risico’s met betrekking tot de pootaardappelen en consumptieaardappelen zijn overgedragen aan de koper. Licenties worden als opbrengsten verantwoord wanneer derden van het recht om activa van de onderneming te gebruiken, gebruik hebben gemaakt. De jaarrekening wordt gepresenteerd in euro’s, de functionele valuta van de onderneming. Alle financiële informatie in euro’s is afgerond op het dichtstbijzijnde duizendtal, tenzij anders aangegeven.
GEBRUIK VAN SCHATTINGEN
De opstelling van de jaarrekening vereist dat het management oordelen vormt en schattingen en veronderstellingen maakt die van invloed zijn op de toepassing van grondslagen en de gerapporteerde waarde van activa en verplichtingen, en van baten en lasten. De daadwerkelijke uitkomsten kunnen afwijken van deze schattingen. De schattingen en onderliggende veronderstellingen worden voortdurend beoordeeld. Herzieningen van schattingen worden opgenomen in de periode waarin de schatting wordt herzien en in toekomstige perioden waarvoor de herziening gevolgen heeft.
De waarderingsgrondslag bij de post debiteuren is naar de mening van het management het meest kritisch voor het weergeven van de financiële positie en vereisen schattingen en veronderstellingen, met betrekking tot het kredietrisico welke afhankelijk is van de afnemer, geografische regio en economische omstandigheden.
CONSOLIDATIE
De onderneming maakt gebruik van de tussenconsolidatievrijstelling uit artikel 2:408 lid 1 BW. De financiële gegevens van de onderneming en van de maatschappijen die zij zou moeten consolideren zijn opgenomen in de geconsolideerde jaarrekening van Royal HZPC Group B.V. gevestigd te Joure. Een afschrift van de jaarrekening van Royal HZPC Group B.V. is verkrijgbaar ten kantore van Royal HZPC Group B.V..
DEELNEMINGEN
STET Holland B.V. te Emmeloord, is de moedermaatschappij van een groep met de volgende deelnemingen:
Belang | |
---|---|
STET Potato UK Ltd., te Lincoln, Verenigd Koninkrijk | 100% |
STET France SARL, te Bapaume, Frankrijk | 100% |
STET Rus LLC, te Moskou, Rusland | 100% |
Daarnaast heeft STET Holland B.V. nog de volgende overige deelnemingen:
Belang | |
---|---|
D.S.S. Opslag B.V., te Dronten, Nederland | 50% |
N.V. Breeders Trust, te Brussel, België | 8,70% |
Het belang in N.V. Breeders Trust is dit boekjaar gewijzigd van 9,10% naar 8,70%.
GRONDSLAGEN VOOR DE OMREKENING VAN VREEMDE VALUTA’S
TRANSACTIES IN VREEMDE VALUTA’S
Transacties luidend in vreemde valuta’s worden in de betreffende functionele valuta omgerekend tegen de geldende wisselkoers op de transactiedatum. In vreemde valuta’s luidende monetaire activa en verplichtingen worden per balansdatum in de functionele valuta omgerekend tegen de op die datum geldende wisselkoers.
De bij omrekening en afwikkeling optredende valutakoersverschillen worden in de winst-en-verliesrekening opgenomen in de periode dat zij zich voordoen, met uitzondering van de koersverschillen op monetaire posten die deel uitmaken van de netto-investering in een bedrijfsuitoefening in het buitenland. Niet monetaire activa en passiva in vreemde valuta’s die tegen historische kostprijs worden opgenomen, worden naar euro’s omgerekend tegen de geldende wisselkoersen op de transactiedatum. De bij omrekening optredende valutakoersverschillen worden als resultaat in de winst-en-verliesrekening opgenomen.
BEDRIJFSUITOEFENING IN HET BUITENLAND
De activa en verplichtingen van bedrijfsuitoefening in het buitenland, met inbegrip van goodwill worden in euro’s omgerekend tegen de geldende koers per balansdatum. De opbrengsten en kosten van buitenlandse activiteiten worden in euro’s omgerekend tegen de gemiddelde wisselkoers gedurende het boekjaar.
Valutaomrekeningsverschillen worden verwerkt in de reserve omrekeningsverschillen. Als een buitenlandse activiteit geheel of gedeeltelijk wordt verkocht, wordt het betreffende bedrag in de winst-en-verliesrekening verantwoord als onderdeel van het resultaat op verkoop.
ONTWIKKELINGEN BELANGRIJKSTE VALUTA’S
De ontwikkeling van de belangrijkste valuta is als volgt:
EUR 1 t.o.v. vreemde valuta | Koers 30-06-2022 | Gem. koers | Koers 30-06-2021 |
---|---|---|---|
Britse Pond | 0,862 | 0,847 | 0,861 |
Russische Roebel | 57,495 | 85,557 | 86,164 |
Amerikaanse Dollar | 1,048 | 1,127 | 1,185 |
FINANCIËLE INSTRUMENTEN
Financiële activa en financiële verplichtingen worden in de balans opgenomen op het moment dat contractuele rechten of verplichtingen ten aanzien van dat instrument ontstaan. Een financieel instrument wordt niet langer in de balans opgenomen indien een transactie ertoe leidt dat alle of nagenoeg alle rechten op economische voordelen en alle of nagenoeg alle risico's met betrekking tot de positie aan een derde zijn overgedragen. Financiële instrumenten (en afzonderlijke componenten van financiële instrumenten) worden in de geconsolideerde jaarrekening gepresenteerd in overeenstemming met de economische realiteit van de contractuele bepalingen. Presentatie vindt plaats op basis van afzonderlijke componenten van financiële instrumenten als financieel actief, financiële verplichting of als eigen vermogen.
Financiële instrumenten omvatten investeringen in aandelen en obligaties, handels- en overige vorderingen, geldmiddelen, leningen en overige financieringsverplichtingen, afgeleide financiële instrumenten (derivaten), handelsschulden en overige te betalen posten. In de jaarrekening zijn de volgende categorieën financiële instrumenten opgenomen: handelsportefeuille (financiële activa en financiële verplichtingen), gekochte leningen en obligaties, verstrekte leningen en overige vorderingen, investeringen in eigenvermogensinstrumenten, overige financiële verplichtingen en derivaten.
In financiële en niet-financiële contracten kunnen afspraken zijn gemaakt die voldoen aan de definitie van derivaten. Een dergelijke afspraak wordt afgescheiden van het basiscontract en als derivaat verwerkt als zijn economische kenmerken en risico’s niet nauw verbonden zijn met die van het basiscontract, een afzonderlijk instrument met dezelfde voorwaarden zou voldoen aan de definitie van een derivaat, en het samengestelde instrument niet wordt gewaardeerd tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst-en-verliesrekening.
In contracten besloten financiële instrumenten die niet worden gescheiden van het basiscontract, worden verwerkt in overeenstemming met het basiscontract.
Van het basiscontract gescheiden derivaten worden, in overeenstemming met de waarderingsgrondslag voor derivaten waarop geen kostprijs hedge accounting wordt toegepast, gewaardeerd tegen kostprijs of lagere reële waarde.
Financiële instrumenten worden bij de eerste opname verwerkt tegen reële waarde, waarbij (dis)agio en de direct toerekenbare transactiekosten in de eerste opname worden meegenomen. Indien echter financiële instrumenten bij de vervolgwaardering worden gewaardeerd tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst-en-verliesrekening, worden direct toerekenbare transactiekosten bij de eerste waardering direct verwerkt in de winst-en-verliesrekening.
Na de eerste opname worden financiële instrumenten op de hierna beschreven manier gewaardeerd.
HANDELSPORTEFEUILLE
Indien de onderneming financiële instrumenten heeft verworven of is aangegaan met het doel het instrument op korte termijn te verkopen, maken deze deel uit van de handelsportefeuille en worden deze na eerste opname gewaardeerd tegen reële waarde met verwerking van waardewijzigingen in de winst-en-verliesrekening.
VERSTREKTE LENINGEN EN OVERIGE VORDERINGEN
Verstrekte leningen en overige vorderingen worden na eerste opname gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs op basis van de effectieve rentemethode, verminderd met bijzondere waardeverminderingsverliezen.
KORTLOPENDE SCHULDEN EN OVERIGE FINANCIËLE VERPLICHTINGEN
Langlopende en kortlopende schulden en overige financiële verplichtingen worden na eerste opname gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs op basis van de effectieverentemethode.
De aflossingsverplichtingen voor het komend jaar van de langlopende schulden worden opgenomen onder kortlopende schulden.
BIJZONDERE WAARDEVERMINDERINGEN FINANCIËLE ACTIVA
Een financieel actief of een groep van financiële activa, wordt op iedere verslagdatum beoordeeld om te bepalen of er objectieve aanwijzingen bestaan dat het actief een bijzondere waardevermindering heeft ondergaan. Een financieel actief wordt geacht onderhevig te zijn aan een bijzondere waardevermindering indien er objectieve aanwijzingen zijn dat na de eerste opname van het actief zich een gebeurtenis heeft voorgedaan die een negatief effect heeft gehad op de verwachte toekomstige kasstromen van dat actief en waarvan een betrouwbare schatting kan worden gemaakt.
Objectieve aanwijzingen dat financiële activa onderhevig zijn aan een bijzondere waardevermindering omvatten het niet nakomen van betalingsverplichtingen en achterstallige betaling door een debiteur, herstructurering van een aan de onderneming toekomend bedrag onder voorwaarden die de onderneming anders niet zou hebben overwogen, aanwijzingen dat een debiteur of emittent failliet zal gaan, en het verdwijnen van een actieve markt voor een bepaald effect.
Daarnaast worden subjectieve indicatoren samen met objectieve aanwijzingen voor bijzondere waardevermindering overwogen. Voorbeelden hiervan zijn het wegvallen van actieve markten in het geval van financiële activa met een beursnotering, een verlaging van de kredietwaardigheid van de andere partij zijnde de rechtspersoon of schuldenaar van het uitgegeven instrument of een daling van de reële waarde van een financieel actief beneden de kostprijs of geamortiseerde kostprijs.
Een bijzonder waardeverminderingsverlies met betrekking tot een tegen geamortiseerde kostprijs gewaardeerd financieel actief wordt berekend als het verschil tussen de boekwaarde en de contante waarde van de verwachte toekomstige kasstromen, gedisconteerd tegen de oorspronkelijke effectieve rente van het actief. Verliezen worden opgenomen in de winst- en verliesrekening. Rente op het aan een bijzondere waardevermindering onderhevige actief blijft verantwoord worden via oprenting van het actief met de oorspronkelijke effectieve rente van het actief.
Als in een latere periode de waarde van het actief, onderhevig aan een bijzondere waardevermindering, stijgt en het herstel objectief in verband kan worden gebracht met een gebeurtenis die plaatsvond na de opname van het bijzondere waardeverminderingsverlies, wordt het bedrag uit hoofde van het herstel (tot maximaal de oorspronkelijke kostprijs) opgenomen in de winst- en verliesrekening.
SALDERING VAN FINANCIËLE INSTRUMENTEN
Een financieel actief en een financiële verplichting worden gesaldeerd als de onderneming beschikt over een deugdelijk juridisch instrument om het financieel actief en de financiële verplichting gesaldeerd af te wikkelen en de onderneming het stellige voornemen heeft om het saldo als netto of simultaan af te wikkelen. Als er sprake is van een overdracht van een financieel actief dat niet voor verwijdering uit de balans in aanmerking komt, wordt het overgedragen actief en de daarmee samenhangende verplichting niet gesaldeerd.
MATERIËLE VASTE ACTIVA
Materiële vaste activa worden in de balans verwerkt indien het waarschijnlijk is dat de toekomstige prestatie-eenheden met betrekking tot dat actief zullen toekomen aan de onderneming en de kosten van het actief betrouwbaar kunnen worden vastgesteld. De gebouwen en grond, machines en installaties en andere vaste bedrijfsmiddelen worden gewaardeerd tegen hun kostprijs, verminderd met de cumulatieve afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen. De kostprijs bestaat uit de verkrijgings- of vervaardigingsprijs en overige kosten om de activa op hun plaats en in de staat te krijgen noodzakelijk voor het beoogde gebruik. De kostprijs van de activa, die door de onderneming in eigen beheer is vervaardigd, bestaat uit de aanschaffingskosten van de gebruikte grond- en hulpstoffen en de overige kosten die rechtstreeks kunnen worden toegerekend aan de vervaardiging.
Investeringsubsidies worden in mindering gebracht op de kostprijs van de activa waarop de subsidies betrekking hebben.
De afschrijvingen worden berekend als een percentage van de aanschafwaarde volgens de lineaire methode op basis van de economische levensduur rekening houdend met restwaarde. Op grond wordt niet afgeschreven.
Afschrijving start op het moment dat een actief beschikbaar is voor het beoogde gebruik en wordt beëindigd bij buitengebruikstelling of bij desinvestering.
De volgende afschrijvingspercentages worden hierbij gehanteerd:
- Bedrijfsgebouwen: 4% - 20%
- Machines en installaties: 10% - 33,3%
- Andere vaste bedrijfsmiddelen: 10% - 33,3%
In de kostprijs worden de kosten van groot onderhoud opgenomen, zodra deze kosten zich voordoen en aan de activeringscriteria is voldaan. De boekwaarde van de te vervangen bestanddelen wordt dan als gedesinvesteerd beschouwd en ineens ten laste van de winst-en-verliesrekening gebracht. Alle overige onderhoudskosten worden direct in de winst-en-verliesrekening verwerkt.
De onderneming past de componentenbenadering toe voor materiële vaste activa indien belangrijke afzonderlijke bestanddelen van een materieel vast actief van elkaar te onderscheiden zijn. Rekening houdend met verschillen in gebruiksduur of verwacht gebruikspatroon, worden deze bestanddelen afzonderlijk afgeschreven. Buiten gebruik gestelde activa worden gewaardeerd tegen boekwaarde of lagere opbrengstwaarde.
FINANCIËLE VASTE ACTIVA
DEELNEMINGEN MET INVLOED VAN BETEKENIS
Deelnemingen waarin invloed van betekenis op het zakelijke en financiële beleid kan worden uitgeoefend, worden gewaardeerd volgens de vermogensmutatiemethode op basis van de nettovermogenswaarde. Indien waardering tegen nettovermogenswaarde niet kan plaatsvinden doordat de hiervoor benodigde informatie niet kan worden verkregen, wordt de deelneming gewaardeerd volgens het zichtbaar eigen vermogen.
Bij de vaststelling of er sprake is van een deelneming waarin de onderneming invloed van betekenis uitoefent op het zakelijke en financiële beleid, wordt het geheel van feitelijke omstandigheden en contractuele relaties (waaronder eventuele potentiële stemrechten) in aanmerking genomen.
Deelnemingen waarin de onderneming de zeggenschap gezamenlijk met andere deelnemers uitoefent (joint ventures), worden gewaardeerd volgens dezelfde methode.
Bij de bepaling van de nettovermogenswaarde worden de waarderingsgrondslagen van de onderneming gehanteerd. Indien de deelnemende rechtspersoon een actief of een passief overdraagt aan een deelneming die volgens de vermogens- mutatiemethode wordt gewaardeerd, wordt de winst of het verlies voortvloeiend uit deze overdracht naar rato van het relatieve belang dat derden hebben in de deelnemingen verwerkt (proportionele resultaatbepaling). Een verlies dat voortvloeit uit de overdracht van vlottende activa of een bijzondere waardevermindering van vaste activa wordt wel volledig verwerkt. Resultaten op transacties waarbij overdracht van activa en passiva tussen de onderneming en haar deelnemingen en tussen deelnemingen onderling heeft plaatsgevonden, worden geëlimineerd voor zover deze als niet gerealiseerd kunnen worden beschouwd.
Deelnemingen met een negatieve nettovermogenswaarde worden op nihil gewaardeerd en aandeel in de winst van de deelneming in latere jaren wordt pas verwerkt als en voor zover het cumulatieve niet verwerkte aandeel in het verlies is ingelopen. Wanneer de onderneming echter geheel of ten dele garant staat voor de schulden van een deelneming, dan wel de feitelijke verplichting heeft de deelneming (voor haar aandeel) in staat te stellen tot betaling van haar schulden, wordt een voorziening gevormd ter grootte van de verwachte betalingen door de onderneming ten behoeve van de deelneming. De voorziening wordt primair ten laste van de vorderingen op de deelneming gevormd en voor het overige gepresenteerd onder de voorzieningen.
DEELNEMINGEN ZONDER INVLOED VAN BETEKENIS
Deelnemingen waarin geen invloed van betekenis wordt uitgeoefend, worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs of lagere realiseerbare waarde. lndien sprake is van een stellig voornemen tot afstoting vindt waardering plaats tegen de eventuele lagere verwachte verkoopwaarde. Resultaten uit transacties met en tussen deelnemingen die tegen verkrijgingsprijs worden gewaardeerd, worden volledig verantwoord tenzij zij in wezen niet zijn gerealiseerd. Dividenden van deelnemingen die worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs worden verantwoord in de periode waarin zij betaalbaar worden gesteld als opbrengst uit deelnemingen. Eventuele winsten of verliezen worden verantwoord onder financiële baten en lasten.
BIJZONDERE WAARDEVERMINDERINGEN
Voor materiële vaste activa wordt op iedere balansdatum beoordeeld of er aanwijzingen zijn dat deze activa onderhevig zijn aan bijzondere waardeverminderingen. Als dergelijke indicaties aanwezig zijn, wordt de realiseerbare waarde van het actief geschat. De realiseerbare waarde is de hoogste van de bedrijfswaarde en de opbrengstwaarde.
Als het niet mogelijk is de realiseerbare waarde te bepalen voor een individueel actief, wordt de realiseerbare waarde bepaald van de kasstroomgenererende eenheid waartoe het actief behoort.
Wanneer de boekwaarde van een actief (of een kasstroomgenererende eenheid) hoger is dan de realiseerbare waarde, wordt een bijzonder waardeverminderingsverlies verantwoord voor het verschil tussen de boekwaarde en de realiseerbare waarde. Indien sprake is van een bijzonder waardeverminderingsverlies van een kasstroomgenererende eenheid, wordt het verlies allereerst toegerekend aan goodwill die is toegerekend aan de kasstroomgenererende eenheid. Een eventueel restant verlies wordt toegerekend aan de andere activa van de eenheid naar rato van hun boekwaarden.
Verder wordt op iedere balansdatum beoordeeld of er enige indicatie is dat een in eerdere jaren verantwoord bijzonder waardeverminderingsverlies is verminderd. Als een dergelijke indicatie aanwezig is, wordt de realiseerbare waarde van het betreffende actief (of kasstroomgenererende eenheid) geschat. Terugneming van een eerder verantwoord bijzonder waardeverminderingsverlies vindt alleen plaats als sprake is van een wijziging van de gehanteerde schattingen bij het bepalen van de realiseerbare waarde sinds de verantwoording van het laatste bijzonder waardeverminderingsverlies. In dat geval wordt de boekwaarde van het actief (of kasstroomgenererende eenheid) opgehoogd tot de geschatte realiseerbare waarde, maar niet hoger dan de boekwaarde die bepaald zou zijn (na afschrijvingen) als in voorgaande jaren geen bijzonder waardeverminderingsverlies voor het actief (of kasstroomgenererende eenheid) zou zijn verantwoord.
De terugneming van een bijzonder waardeverminderingsverlies voor een kasstroomgenererende eenheid dient te worden toegerekend ter verhoging van de boekwaarde van de activa, niet zijnde goodwill op pro rato basis gebaseerd op de boekwaarden van de activa van de eenheid.
Verliezen worden opgenomen in de winst-en-verliesrekening. Rente op het aan een bijzondere waardevermindering onderhevige actief blijft verantwoord worden via oprenting van het actief met de oorspronkelijke effectieve rente van het actief.
VERVREEMDING VAN VASTE ACTIVA
Voor verkoop beschikbare vaste activa worden gewaardeerd tegen boekwaarde of lagere opbrengstwaarde.
VOORRADEN
Voorraden worden gewaardeerd tegen kostprijs of lagere opbrengstwaarde. De kostprijs bestaat uit de verkrijgings- of vervaardigingsprijs, vermeerderd met overige kosten om de voorraden op hun huidige plaats en in hun huidige staat te brengen. De opbrengstwaarde is gebaseerd op de meest betrouwbare schatting van het bedrag dat de voorraden naar verwachting zullen opbrengen, onder aftrek van nog te maken kosten. Grond- en hulpstoffen (verpakkingsmaterialen en onderdelen) worden gewaardeerd tegen aanschafprijs op basis van de ‘first-in, first-out’ (FIFO)-methode of lagere opbrengstwaarde.
De voorraad gereed product, miniknollen, welke zelf worden geteeld, worden gewaardeerd tegen vervaardigingsprijs op basis van kosten die rechtstreeks aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend. Dit betreft met name directe personeelskosten.Bij de waardering van de voorraden wordt rekening gehouden met de eventueel op balansdatum opgetreden waardeverminderingen.
VORDERINGEN
De grondslagen voor de waardering van vorderingen zijn beschreven onder het hoofd Financiële instrumenten.
LIQUIDE MIDDELEN
Liquide middelen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Indien liquide middelen niet ter vrije beschikking staan, wordt hiermee rekening gehouden bij de waardering. In vreemde valuta luidende liquide middelen worden per balansdatum in de functionele valuta omgerekend tegen de op die datum geldende wisselkoers. Verwezen wordt verder naar de prijsgrondslagen voor vreemde valuta.
CLASSIFICATIE EIGEN VERMOGEN EN VREEMD VERMOGEN
Financiële instrumenten die op grond van de economische realiteit worden aangemerkt als eigenvermogens-instrumenten, worden gepresenteerd onder het eigen vermogen.
Uitkeringen aan houders van deze instrumenten worden in mindering op het eigen vermogen gebracht na aftrek van eventueel hiermee verband houdend voordeel uit hoofde van belasting naar de winst. Financiële instrumenten die op grond van de economische realiteit worden aangemerkt als een financiële verplichting, worden gepresenteerd onder schulden. Rente, dividenden, baten en lasten met betrekking tot deze financiële instrumenten worden in de winst-en-verliesrekening verantwoord als kosten of opbrengsten.
VOORZIENINGEN
Een voorziening wordt in de balans opgenomen wanneer er sprake is van:
- een in rechte afdwingbare of feitelijke verplichting die het gevolg is van een gebeurtenis in het verleden;
- waarvan een betrouwbare schatting kan worden gemaakt; en
- het waarschijnlijk is dat voor afwikkeling van die verplichting een uitstroom van middelen nodig is.
Indien (een deel van) de uitgaven die noodzakelijk zijn om een voorziening af te wikkelen waarschijnlijk geheel of gedeeltelijk door een derde worden vergoed bij afwikkeling van de voorziening, wordt de vergoeding als afzonderlijk actief gepresenteerd.
Voorzieningen worden gewaardeerd tegen de contante waarde van de verwachte uitgaven die naar verwachting noodzakelijk zijn om de verplichtingen en verliezen af te wikkelen.
JUBILEUMVOORZIENING
De jubileumvoorziening betreft een voorziening voor toekomstige jubileumuitkeringen. De voorziening betreft de contante waarde van de in de toekomst uit te keren jubileumuitkeringen. De berekening is gebaseerd op gedane toezeggingen, blijfkans en leeftijd.
VOORZIENING DEELNEMINGEN
Indien en voor zover geheel of gedeeltelijk voor de schulden van de deelneming wordt ingestaan respectievelijk een feitelijke verplichting bestaat de deelneming tot betaling van haar schulden in staat te stellen, wordt een voorziening opgenomen. De voorziening wordt gewaardeerd tegen de contante waarde.
KORTLOPENDE SCHULDEN
De waardering van kortlopende schulden is toegelicht onder het hoofd Financiële instrumenten.
OPBRENGSTVERANTWOORDING
VERKOOP VAN POOTAARDAPPELEN EN CONSUMPTIEAARDAPPELEN
Opbrengsten uit de verkoop van goederen worden opgenomen in de netto-omzet tegen de reële waarde van de ontvangen of te ontvangen vergoeding, na aftrek van retouren en tegemoetkomingen, handels- en volumekortingen.
Opbrengsten uit de verkoop van aardappelen worden in de winst-en-verliesrekening verwerkt wanneer de belangrijke risico’s en voordelen van eigendom aan de koper zijn overgedragen, de inning van de verschuldigde vergoeding waarschijnlijk is, het bedrag van de opbrengst op betrouwbare wijze kan worden bepaald en de hiermee verband houdende kosten of eventuele retouren van aardappelen betrouwbaar kunnen worden ingeschat en er geen sprake is van voortgezette betrokkenheid bij de aardappelen. De overdracht van risico’s en voordelen varieert naargelang de voorwaarden van de betreffende verkoopovereenkomst.
DIENSTEN
Opbrengsten uit het verlenen van diensten worden opgenomen in de netto-omzet tegen de reële waarde van de ontvangen of te ontvangen vergoeding, na aftrek van tegemoetkomingen en kortingen. Deze opbrengsten worden in de winst-en verliesrekening verwerkt wanneer het bedrag van de opbrengsten op betrouwbare wijze kan worden bepaald, de inning van de te ontvangen vergoeding waarschijnlijk is, de mate waarin de dienstverlening op balansdatum is verricht betrouwbaar kan worden bepaald en de reeds gemaakte kosten en de kosten die (mogelijk) nog moeten worden gemaakt om de dienstverlening te voltooien op betrouwbare wijze kunnen worden bepaald.
LICENTIES
Licenties worden betaald voor het gebruik van de activa van een onderneming, zoals de rassen door de onderneming zelf ontwikkeld. In het geval de groep handelt ten behoeve van door derden ontwikkelde rassen wordt de bedrijfsopbrengst opgenomen onder aftrek van de doorbetaling aan de rechthebbenden, aangezien de onderneming voor deze licenties geen kredietrisico loopt. Omzet wordt verantwoord als de omvang van de te ontvangen vergoeding betrouwbaar kan worden geschat en de inning ervan waarschijnlijk is.
KOSTEN UITBESTEED WERK EN ANDERE EXTERNE KOSTEN
Hieronder zijn begrepen de direct aan de netto-omzet toerekenbare kosten waaronder kosten van grond- en hulpstoffen, diensten van derden, vracht- en laadkosten en emballage. De kosten voor onderzoek en overige ontwikkeling worden ten laste van het resultaat gebracht in de periode waarin deze zijn gemaakt.
PERSONEELSKOSTEN
De beloningen van het personeel worden als last in de winst-en-verliesrekening verantwoord in de periode waarin de arbeidsprestatie wordt verricht en, voor zover nog niet uitbetaald, als verplichting op de balans opgenomen. Indien de reeds betaalde bedragen de verschuldigde beloningen overtreffen, wordt het meerdere opgenomen als een overlopend actief voor zover er sprake zal zijn van terugbetaling door het personeel of van verrekening met toekomstige betalingen door de vennootschap.
Een verwachte vergoeding ten gevolge van winstdelingen en bonusbetalingen worden verantwoord indien de verplichting tot betaling van die vergoeding is ontstaan op of vóór balansdatum en een betrouwbare schatting van de verplichtingen kan worden gemaakt. Voor de beloningen met opbouw van rechten, winstdelingen en bonussen worden de verwachte lasten gedurende het dienstverband in aanmerking genomen. Op balansdatum wordt hiertoe een verplichting opgenomen. De verantwoorde verplichting betreft de beste schatting van de bedragen die noodzakelijk zijn om de desbetreffende verplichting per balansdatum af te wikkelen. De beste schatting is gebaseerd op contractuele afspraken met personeelsleden. Toevoegingen aan en vrijval van verplichtingen worden ten laste respectievelijk ten gunste van de winst-en-verliesrekening gebracht.
NEDERLANDSE PENSIOENREGELINGEN
De onderneming heeft de pensioentoezegging ondergebracht bij een pensioenfonds. Deze regeling wordt onder het Nederlandse pensioenstelsel gefinancierd door afdrachten aan een bedrijfstakpensioenfonds. Deelname aan het bedrijfstakpensioenfonds is verplicht gesteld in de collectieve arbeidsovereenkomst waaronder STET Holland B.V. valt.
De pensioenverplichtingen wordt gewaardeerd volgens de `verplichting aan de pensioenuitvoerder benadering’. In deze benadering wordt de aan de pensioenuitvoerder te betalen premie als last in de winst-en-verliesrekening verantwoord. Aan de hand van de uitvoeringsovereenkomst wordt beoordeeld of en zo ja welke verplichtingen naast de betaling van de jaarlijkse aan de pensioenuitvoerder verschuldigde premie op balansdatum bestaan. Deze additionele verplichtingen, waaronder eventuele verplichtingen uit herstelplannen van de pensioenuitvoerder, leiden tot lasten voor de onderneming en worden in de balans opgenomen in een voorziening. De waardering van de verplichting is de beste schatting van de bedragen die noodzakelijk zijn om deze per balansdatum af te wikkelen. Indien het effect van de tijdswaarde van geld materieel is wordt de verplichting gewaardeerd tegen de contante waarde. Discontering vindt plaats op basis van rentetarieven van hoogwaardige ondernemingsobligaties. Toevoegingen aan en vrijval van de verplichtingen komen ten laste respectievelijk ten gunste van de winst-en-verliesrekening. Ultimo boekjaar 2021/2022 waren er voor de onderneming geen pensioenvorderingen en geen verplichtingen naast de betaling van de jaarlijkse aan de pensioenuitvoerder verschuldigde premie. De opbouw van de pensioenaanspraken wordt steeds in het betreffende kalenderjaar afgefinancierd door middel van (tenminste) kostendekkende premiebetalingen. De pensioenregeling is een middelloonregeling met voor zowel actieve als inactieve deelnemers (slapers en gepensioneerden) - voorwaardelijke toeslagverlening. De toeslagverlening is afhankelijk van het beleggingsrendement. De jaarlijkse opbouw van de pensioenaanspraken bedraagt 1,70% van het pensioengevend salaris dat is gebaseerd op het brutoloon minus een franchise (ad EUR 14.618). Het pensioengevend salaris is gemaximeerd (op EUR 59.706). De jaarlijkse premie die voor rekening komt van de werkgever bedraagt 100% van het pensioengevend salaris. De hoogte van de premie wordt jaarlijks vastgesteld door het bestuur van het bedrijfstakpensioenfonds op basis van de dekkingsgraad en verwachte rendementen.
De dekkingsgraad van het betrokken bedrijfstak-pensioenfonds bedraagt ultimo boekjaar 2021/2022 volgens opgave van het fonds 122,3% per juni 2022. Op basis van het uitvoeringsreglement heeft de onderneming bij een tekort in het fonds geen verplichting tot het voldoen van aanvullende bijdragen anders dan door hogere toekomstige premies.
Naast de basis pensioenregeling is er ook sprake van een excedent pensioenregeling op basis van een beschikbare premieregeling.
BUITENLANDSE PENSIOENREGELINGEN
Pensioenregelingen die vergelijkbaar ingericht zijn en functioneren op de wijze waarop het Nederlandse pensioenstelsel is ingericht en functioneert, met een strikte scheiding tussen de verantwoordelijkheden van en een risicodeling tussen de betrokken partijen (onderneming, fonds en deelnemers), worden verwerkt en gewaardeerd conform Nederlandse pensioenregelingen (zie vorige paragraaf). Voor buitenlandse regelingen die niet vergelijkbaar zijn met de wijze waarop het Nederlandse pensioenstelsel is ingericht en functioneert, wordt een beste schatting gemaakt van de op balansdatum bestaande verplichting. Deze verplichting wordt vervolgens gewaardeerd op basis van een in Nederland algemeen aanvaardbaar geachte actuariële waarderingsmethodiek.
LEASING
De onderneming kan financiële en operationele leasecontracten afsluiten. Een leaseovereenkomst waarbij de voor- en nadelen verbonden aan het eigendom van het leaseobject geheel of nagenoeg geheel door de lessee worden gedragen, wordt aangemerkt als een financiële lease. Alle andere leaseovereenkomsten classificeren als operationele leases. Bij de lease-classificatie is de economische realiteit van de transactie bepalend en niet zozeer de juridische vorm. Als de onderneming optreedt als lessee in een operationele lease, wordt het leaseobject niet geactiveerd. Leasebetalingen inzake de operationele lease worden lineair over de leaseperiode ten laste van de winst-en-verliesrekening gebracht. De onderneming is alleen operational leasecontracten aangegaan.
RENTEBATEN EN -LASTEN
Rentebaten worden verantwoord in de periode waartoe zij behoren, rekening houdend met de effectieve rentevoet van de desbetreffende actiefpost. Rentelasten en soortgelijke lasten worden verantwoord in de periode waartoe zij behoren.
BELASTINGEN OVER HET RESULTAAT
Belastingen omvatten de over de verslagperiode verschuldigde en verrekenbare winstbelasting. De belastingen worden in de winst-en-verliesrekening opgenomen, behalve voor zover deze betrekking hebben op posten die rechtstreeks in het eigen vermogen worden opgenomen, in welk geval de belasting in het eigen vermogen wordt verwerkt.
AANDEEL IN RESULTAAT VAN ONDERNEMINGEN WAARIN WORDT DEELGENOMEN
Het aandeel in het resultaat van ondernemingen waarin wordt deelgenomen omvat het aandeel van de groep in de resultaten van deze deelnemingen, bepaald op basis van de grondslagen van de groep. Resultaten op transacties, waarbij overdracht van activa en passiva tussen de groep en de niet-geconsolideerde deelnemingen en tussen niet-geconsolideerde deelnemingen onderling heeft plaatsgevonden, zijn niet verwerkt voor zover deze als niet gerealiseerd kunnen worden beschouwd. De resultaten van deelnemingen die gedurende het boekjaar zijn verworven of afgestoten worden vanaf het verwervingsmoment respectievelijk tot het moment van afstoting verwerkt in het resultaat van de groep.
FISCALE EENHEID
De onderneming vormt samen met Royal HZPC Group B.V., HZPC Holland B.V., HZPC Belgium B.V., ZOS B.V., ZOS WEHE B.V., HZPC SBDA B.V., HZPC SBA Europe B.V., IPR B.V., HZPC Research B.V. en Solentum B.V. een fiscale eenheid voor de vennootschapsbelasting met aan het hoofd de moedermaatschappij Royal HZPC Group B.V.. De vennootschapsbelasting is in elk van de vennootschappen opgenomen voor dat deel dat de desbetreffende vennootschap tegen nominaal tarief verschuldigd zou zijn, geen rekening houdend met de toerekening van de voordelen van de fiscale eenheid aan de verschillende maatschappijen. De vennootschapsbelasting wordt in rekeningcourant opgenomen met het hoofd van fiscale eenheid. Er wordt hierbij geen rekening gehouden met voor de vennootschap geldende fiscale faciliteiten. Eventuele latente belastingposities zijn opgenomen bij het hoofd van de fiscale eenheid.
KASSTROOMOVERZICHT
De onderneming maakt gebruik van de vrijstelling tot het opnemen van een kasstroom op basis van RJ 360.104. De kasstroomgegevens van de vennootschap zijn opgenomen in de geconsolideerde jaarrekening van Royal HZPC Group B.V., welke gedeponeerd is bij de Kamer van Koophandel te Leeuwarden.
VERBONDEN PARTIJEN
Transacties met verbonden partijen worden toegelicht voor zover deze niet onder normale marktvoorwaarden zijn aangegaan. Van deze transacties wordt de aard en de omvang van de transactie en andere informatie die nodig is voor het verschaffen van inzicht toegelicht.
GEBEURTENISSEN NA BALANSDATUM
Gebeurtenissen die nadere informatie geven over de feitelijke situatie per balansdatum en die blijken tot aan de datum van het opmaken van de jaarrekening worden verwerkt in de jaarrekening. Gebeurtenissen die geen nadere informatie geven over de feitelijke situatie per balansdatum worden niet verwerkt in de jaarrekening. Als dergelijke gebeurtenissen van belang zijn voor de oordeelsvorming van de gebruikers van de jaarrekening, worden de aard en de geschatte financiële gevolgen ervan toegelicht in de jaarrekening.
Toelichting op de enkelvoudige balans per 30 juni 2022
1. Materiële vaste activa
De samenstelling en het verloop van de materiële vaste activa in het boekjaar 2021/2022 blijken uit het volgende overzicht:
(in EUR x 1.000)
Gebouwen en grond | Machines en installaties | Andere vaste bedrijfsmiddelen | Totaal 2021/2022 | Totaal 2020/2021 | |
---|---|---|---|---|---|
Aanschafwaarde | 70 | 196 | 45 | 311 | 282 |
Cumulatieve afschrijving | -15 | -182 | -31 | -228 | -181 |
Boekwaarde per 1 juli | 55 | 14 | 14 | 83 | 101 |
Investeringen | 0 | 0 | 0 | 0 | 6 |
Desinvesteringen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Afschrijvingen | -14 | -4 | -3 | -21 | -24 |
Mutaties | -14 | -4 | -3 | -21 | -18 |
Aanschafwaarde | 70 | 196 | 45 | 311 | 288 |
Cumulatieve afschrijving | -29 | -186 | -34 | -249 | -205 |
Boekwaarde per 30 juni | 41 | 10 | 11 | 62 | 83 |
Afschrijvingen opgenomen in de winst-en-verliesrekening wijken af ten opzichte van de afschrijvingen opgenomen in het verloopoverzicht materiële vaste activa als gevolg van doorbelaste afschrijvingen vanuit Royal HZPC Group B.V. (EUR 14.000).
2. Financiële vaste activa
(in EUR x 1.000)
Deelnemingen in groepsmaatschappijen | Andere deelnemingen | Totaal 2021/2022 | Totaal 2020/2021 | |
---|---|---|---|---|
Waarde per 1 juli | 1.063 | 146 | 1.209 | 991 |
Desinvesteringen | 0 | -12 | -12 | 0 |
Resultaat deelnemingen | 33 | -6 | 27 | 218 |
Dividend | 0 | -5 | -5 | 0 |
Mutaties | 33 | -23 | 10 | 218 |
Waarde per 30 juni | 1.095 | 123 | 1.219 | 1.209 |
Het resultaat deelnemingen in de winst-en-verliesrekening wijkt af ten opzichte van het resultaat deelnemingen zoals opgenomen in bovenstaande tabel hetgeen verklaard wordt door het resultaat in het boekjaar van deelnemingen met een negatieve netto vermogenswaarde. Voor deelnemingen met een negatieve vermogenswaarde is een voorziening getroffen op de vorderingen die Stet Holland BV heeft op deze deelnemingen en die als onderdeel van de investering in deze deelnemingen worden gezien. Per 30 juni bedraagt de voorziening € 0,9 miljoen.
3. Voorraden
(in EUR x 1.000)
30-jun-2022 | 30-jun-2021 | |
---|---|---|
Gereed product | 266 | 192 |
Emballage | 67 | 57 |
333 | 249 |
Gereed product betreft met name miniknollen welke het volgend seizoen weer worden gebruikt. Er is geen voorziening incourantheid voor voorraden nodig.
4. Handelsdebiteuren
(in EUR x 1.000)
30-jun-2022 | 30-jun-2021 | |
---|---|---|
Totaal debiteuren | 5.339 | 5.047 |
Dubieuze debiteuren (-) | -67 | -11 |
5.272 | 5.036 |
In de vordering op handelsdebiteuren is geen bedrag begrepen met een resterende looptijd langer dan 1 jaar die niet zijn voorzien.
5. Belastingen, premies en sociale verzekeringen
(in EUR x 1.000)
30-jun-2022 | 30-jun-2021 | |
---|---|---|
Te vorderen omzetbelasting | 532 | 464 |
532 | 464 |
6. Overige vorderingen en overlopende activa
(in EUR x 1.000)
30-jun-2022 | 30-jun-2021 | |
---|---|---|
Te vorderen licenties | 0 | 361 |
Vooruitbetaalde bedragen | 27 | 18 |
Vordering op de pool | 301 | 21 |
Overige bedragen | 35 | 8 |
363 | 408 |
De post 'vordering op de pool' betreft de vordering die Stet Holland B.V. heeft op haar telers en is het verschil tussen de directe kosten van het in poolverband vermeerderd pootgoed en de opbrengsten die hier tegenover staan. Het verschil wordt toegevoegd aan de exploitatie van de pool in volgend boekjaar.
In de overige vorderingen zijn geen bedragen met een resterende looptijd langer dan 1 jaar opgenomen.
7. Liquide middelen
(in EUR x 1.000)
30-jun-2022 | 30-jun-2021 | |
---|---|---|
Rekening-courant bank | 1.186 | 1.459 |
Het volledige saldo is direct opeisbaar.
8. Eigen vermogen
Het verloop van de posten in het eigen vermogen is als volgt:
(in EUR x 1.000)
Gestort en opgevraagd kapitaal | Wettelijke reserves | Reserve omrekenings-verschillen | Overige reserves | Totaal 2021/2022 | Totaal 2020/2021 | |
---|---|---|---|---|---|---|
Stand 1 juli: | 27 | 128 | 32 | 1.453 | 1.641 | 4.086 |
Resultaat van het boekjaar | 0 | 0 | 0 | 734 | 734 | 166 |
Dividenduitkering | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | -2.600 |
Koersverschillen | 0 | 0 | -152 | 0 | -152 | -11 |
Saldo mutaties | 0 | 0 | -152 | 734 | 582 | -2.445 |
Stand per 30 juni | 27 | 128 | -120 | 2.187 | 2.223 | 1.641 |
Geplaatst kapitaal
Het geplaatst kapitaal bedraagt EUR 27.225 en bestaat uit 6.050 gewone aandelen van elk EUR 4,50 groot.
Wettelijke reserves
De wettelijke reserve betreft de wettelijke reserve deelnemingen. De wettelijke reserve deelnemingen heeft betrekking op deelnemingen die volgens de vermogensmutatiemethode zijn gewaardeerd. De reserve betreft het verschil tussen de op basis van de grondslagen van de moedermaatschappij berekende ingehouden winst en rechtstreekse vermogensmutaties van de deelnemingen enerzijds, en het deel daarvan dat de moedermaatschappij zou kunnen laten uitkeren anderzijds. Bij dit laatste is rekening gehouden met mogelijk niet-uitkeerbare winsten door deelnemingen die B.V.’s zijn in verband met door de besturen van de B.V.’s uit te voeren uitkeringstests. De wettelijke reserves worden op individuele basis bepaald.
Reserve omrekeningverschillen
In deze wettelijke reserve worden valutaverschillen verantwoord die het gevolg zijn van de omrekening van functionele valuta van bedrijfsuitoefeningen in het buitenland naar presentatievaluta van de moedermaatschappij. Bij verkoop van een deelneming worden de op deze deelneming betrekking hebbende cumulatieve valutaverschillen overgeboekt naar de overige reserves.
Overige reserves
Over boekjaar 2021/2022 is geen dividend uitgekeerd.
Voorstel resultaatbestemming
De Algemene Vergadering wordt voorgesteld het resultaat na belastingen over 2021/2022 ten gunste te brengen aan de overige reserves.
9. Voorzieningen
(in EUR x 1.000)
Voorziening deelnemingen | 30-jun-2022 | 30-jun-2021 |
---|---|---|
Stand per 1 juli | 460 | 649 |
Dotatie | 0 | 0 |
Vrijval | -383 | -189 |
Stand per 30 juni | 77 | 460 |
De voorziening in verband met deelnemingen heeft betrekking op deelnemingen met een negatieve nettovermogenswaarde.
(in EUR x 1.000)
Overige voorzieningen | 30-jun-2022 | 30-jun-2020 |
---|---|---|
Stand per 1 juli | 33 | 30 |
Dotatie | 5 | 3 |
Ontrekking | 0 | 0 |
Stand per 30 juni | 38 | 33 |
De overige voorziening betreft de voorziening voor jubileaverplichtingen welke is berekend, gebruikmakend van een disconteringsvoet van 4% en rekening houdend met het verwachte personeelsverloop. Van het bedrag is EUR 1.000 kortlopend.
KORTLOPENDE SCHULDEN
10. Schulden aan kredietinstellingen
Kredietfaciliteit
De moedermaatschappij Royal HZPC Group B.V. beschikt bij de ING Bank N.V. en Deutsche Bank A.G. over een kredietfaciliteit waarbij de banken zich ieder pro rata hebben gecommitteerd. Er is een doorlopende faciliteit van 25 miljoen euro per 1 juli 2022. De rente die we betalen is 1 maands Euribor plus 1,1%. Daarnaast is er een seizoensfaciliteit van 50 miljoen euro. De seizoensfaciliteit staat van 1 oktober 2022 tot en met 30 juni 2023 beschikbaar. Met de 75 miljoen euro kunnen we onze huidige activiteiten ondersteunen en investeringen doen voor de toekomst. De huidige financieringsovereenkomst van Royal HZPC Group B.V. is verlengd en loopt tot en met 5 oktober 2024. De directie van Royal HZPC Group B.V. is inmiddels besprekingen gestart met banken om te komen tot een nieuwe financieringsovereenkomst met ingang van oktober 2024. Ondanks het feit dat een toenemende risicoaversie wordt ervaren vanuit compliance regelgeving, heeft de directie van Royal HZPC Group B.V. voldoende vertrouwen in het tijdig verkrijgen van een nieuwe financieringsovereenkomst.
Ten aanzien van de kredietfaciliteit bij de ING B.V. zijn de volgende zakelijke zekerheden gesteld in de vorm van: Stamverpanding boekvorderingen (eerste pandrecht) van: IPR B.V., HZPC Research B.V., Royal HZPC Group B.V., HZPC Holland B.V., HZPC SBDA B.V., HZPC SBA Europe B.V., ZOS B.V. en STET Holland B.V.
Convenanten
Aan de kredietfaciliteit zijn de volgende convenanten verbonden:
- Solvabiliteitsratio
- Activa Cover
- Omzet Cover
- EBITDA Cover
- Minimale EBITDA van 8 miljoen
- Maximale CAPEX van 10 miljoen voor businessjaar 2021/2022
Royal HZPC Group B.V. is met haar banken de volgende convenanten overeengekomen:
Solvabiliteits- |
Activa Cover |
Omzet Cover |
EBITDA |
|
Gedurende de looptijd |
> 35% |
> 70% |
> 70% |
> 70% |
30‑jun‑2022 |
> 35% |
> 70% |
> 70% |
> 70% |
De solvabiliteitsratio is als volgt gedefinieerd: Gecorrigeerd vermogen/gecorrigeerd balanstotaal.
De activa cover is als volgt gedefinieerd: Activa van geselecteerde ondernemingen/geconsolideerde activa.
De omzet cover is als volgt gedefinieerd: Omzet van geselecteerde ondernemingen/geconsolideerde omzet.
De EBITDA cover is als volgt gedefinieerd: EBITDA van geselecteerde ondernemingen/geconsolideerde EBITDA.
Royal HZPC Group B.V. voldeed per 30 juni 2022 en 30 juni 2023 aan haar bankconvenanten.
11. Schulden aan groepsmaatschappijen
Over de schulden aan groepsmaatschappijen wordt geen rente in rekening gebracht.
12. Belastingen en premies
(in EUR x 1.000)
30-jun-2022 | 30-jun-2021 | |
---|---|---|
Te betalen loonheffing en premies SV | 119 | 115 |
119 | 115 |
In de belastingen, premies en sociale verzekeringen zijn geen bedragen met een resterende looptijd langer dan 1 jaar opgenomen.
13. Overige schulden en overlopende passiva
(in EUR x 1.000)
30-jun-2022 | 30-jun-2021 | |
---|---|---|
Schuld aan telers | 0 | 269 |
Te betalen lonen en salarissen | 53 | 54 |
Te betalen commissies | 248 | 247 |
Te betalen klachten | 25 | 52 |
Vakantiedagen en vakantiegeld | 143 | 139 |
Pensioenpremies | 54 | 52 |
Te betalen licenties | 0 | 56 |
Overige bedragen | 36 | 52 |
559 | 921 |
In de overige schulden en overlopende passiva zijn geen bedragen met een resterende looptijd langer dan 1 jaar opgenomen.
OVERIGE TOELICHTINGEN
FINANCIËLE INSTRUMENTEN
De onderneming maakt in de normale bedrijfsuitoefening gebruik van financiële instrumenten die de onderneming blootstelt aan markt-, rente-, krediet- en liquiditeitsrisico's. Om deze risico’s te beheersen heeft de onderneming een beleid, inclusief een stelsel van kredietlimieten en procedures opgesteld om de risico’s van onvoorspelbare ongunstige ontwikkelingen op de financiële markten en daarmee de financiële prestaties van de onderneming te beperken.
MARKT- EN KREDIETRISICO
De onderneming loopt kredietrisico over leningen en vorderingen opgenomen onder financiële vaste activa, handelsdebiteuren, overige vorderingen en liquide middelen. De onderneming maakt deel uit van een cash-pool van Royal HZPC Group B.V., waar het maximale krediet dat de onderneming heeft EUR 7,0 miljoen is.
De blootstelling aan kredietrisico van de onderneming wordt hoofdzakelijk bepaald door de individuele kenmerken van afzonderlijke afnemers. Daarnaast houdt het management ook rekening met de demografische aspecten van het klantenbestand, waaronder het risico op wanbetaling in het land waarin de afnemers actief zijn, aangezien deze factoren, met name in de huidige verslechterende economische omstandigheden, van invloed zijn op het markt- en kredietrisico.
Door onrusten in het Midden-Oosten is het markt- en kredietrisico in deze regio hoog. De onderneming heeft de volgende maatregelen genomen om het kredietrisico te beperken:
- Regelmatig wordt er gebruik gemaakt van vrijwaringsmaatregelen zoals vooruitbetaling, letter of Credits en bankgaranties;
- Kredietlimieten worden gedurende het seizoen actief gevolgd;
- Nieuwe leveringen worden nauwelijks toegestaan tot alle schulden van het voorgaande seizoen zijn betaald.
VALUTARISICO
Als gevolg van de internationale activiteiten loopt de onderneming uit hoofde van in de balans opgenomen vorderingen, liquide middelen en schulden, netto-investeringen in buitenlandse ondernemingen en toekomstige transacties valutarisico van met name Amerikaanse dollars, Britse ponden en Poolse zloty.
x 1.000 | Koers VV/€ | ACTIVA Locale Valuta |
ACTIVA in € |
PASSIVA Locale Valuta |
PASSIVA in € |
---|---|---|---|---|---|
USD | 1,048 | 677 | 646 | 0 | 0 |
GBP | 0,862 | 1181 | 1370 | 12 | 14 |
PLN | 4,699 | 400 | 85 | 0 | 0 |
Totaal | 2.101 | 14 |
LIQUIDITEITSRISICO
De onderneming bewaakt de liquiditeitspositie door middel van opvolgende liquiditeitsbegrotingen. Het management ziet erop toe dat er voldoende liquiditeiten beschikbaar zijn om aan de verplichtingen te kunnen voldoen. De onderneming bewaakt de liquiditeitspositie door middel van opvolgende liquiditeitsbegrotingen. Het management ziet erop toe dat er voldoende liquiditeiten beschikbaar zijn om aan de verplichtingen te kunnen voldoen. De onderneming is onderdeel van een centraal gestuurd cash management systeem. Hiervoor beschikt de onderneming over een trekkingsfaciliteit van EUR 75 miljoen. STET Holland B.V. is mede hoofdelijk aansprakelijk voor deze faciliteit en er is sprake van pandrecht op de vorderingen om de verplichtingen te kunnen voldoen.
RENTERISICO
De onderneming loopt renterisico over de rentedragende vorderingen en schulden. Zowel over deze vorderingen en schulden zijn een variabel rentende renteafspraken overeengekomen, hierdoor loopt de onderneming risico ten aanzien van toekomstige kasstromen. Om het renterisico op de kredietfaciliteit die door Royal HZPC Group B.V. is afgesloten, te beperken is door Royal HZPC Group B.V. als mitigerende maatregel een rente cap overeenkomsten afgesloten.
NIET UIT DE BALANS BLIJKENDE ACTIVA EN VERPLICHTINGEN
Dit betreffen:
- Verplichtingen uit hoofde van operationele leaseverplichtingen en huur voor een bedrag van EUR 195.000. Van dit bedrag heeft EUR 67.000 een looptijd van korter dan 1 jaar. Het overige betreft een verplichting korter dan 5 jaar. De operationele huur- en leasekosten over boekjaar 2021/2022 bedragen EUR 213.000.
- Tegen de onderneming en/of groepsmaatschappijen zijn diverse claims ingediend, die door haar/hen worden betwist. Hoewel de afloop van deze geschillen niet met zekerheid kan worden voorspeld, wordt - mede op grond van ingewonnen juridisch advies - aangenomen dat deze geen nadelige invloed van betekenis zal hebben.
- Zoals nader toegelicht in het jaarverslag op pagina 13 is uit intern compliance onderzoek een aantal onregelmatigheden naar voren gekomen. Het management heeft juridisch advies ingewonnen. De Impact van de geconstateerde non-compliance situaties is niet te schatten, maar het risico dat dit financiële impact gaat hebben, schat het management als laag in. In de jaarrekening 2021/2022 zijn hiervoor geen verplichtingen opgenomen.
FISCALE EENHEID
De onderneming vormt samen met Royal HZPC Group B.V., HZPC Holland B.V., HZPC Belgium B.V., ZOS B.V., ZOS WEHE B.V., HZPC SBDA B.V., HZPC SBA Europe B.V., IPR B.V., HZPC Research B.V. en Solentum B.V. een fiscale eenheid voor de heffing van vennootschapsbelasting; elk van de vennootschappen is volgens de standaardvoorwaarden aansprakelijk voor te betalen belasting van alle bij de fiscale eenheid betrokken vennootschappen.
Toelichting op de enkelvoudige winst- en verliesrekening over de periode 1 juli 2021 tot en met 30 juni 2022
14. Netto-omzet
De netto-omzet kan als volgt worden gespecificeerd naar belangrijke opbrengstcategorieën:
(in EUR x 1.000)
2021/2022 | 2020/2021 | |
---|---|---|
Pootaardappelen | 36.375 | 36.894 |
Licenties | 866 | 930 |
Consumptieaardappelen | 910 | 0 |
38.151 | 37.824 |
Een aantal pootgoed afnemers van Stet Holland B.V. uit landen waar sanctie maatregelen van toepassing zijn, ervaren problemen om geld naar onze ondernemingen over te maken. Europese banken staan ontvangsten uit deze landen niet toe vanwege de compliance risico’s die zij daardoor lopen. Als gevolg daarvan betrekken de afnemers derde partijen, vaak middels distributeur of agent, om geld naar de onderneming over te maken (2021/2022: € 2,2 miljoen; 2020/2021: € 2,5 miljoen).
Bij ontvangsten via dergelijke partijen is inherent sprake van een verhoogd risico op het meewerken aan terrorisme financiering of witwassen. Wij hebben niet in alle gevallen inzicht verkregen in de wijze waarop betalingen aan onze bedrijven tot stand zijn gekomen, de achtergrond van de derde partijen die gelden aan onze bedrijven hebben overgemaakt en de relatie tussen onze pootgoed afnemers en deze derde partijen. Wij hebben de afgelopen twee boekjaren wel vastgesteld dat deze partijen waarvan het geld afkomstig is niet voorkomen op sanctielijsten van Office of Foreign Assets Control, Europese Unie en Verenigde Naties. De directe verkoop aan afnemers uit landen met een ultrahoog risico is vanaf oogst 2022 stopgezet en wij accepteren voor leveringen vanaf oogst 2022 geen ontvangsten meer van onbekende derde partijen.
In het boekjaar 2022/2023 hebben wij informatie ontvangen waaruit blijkt dat twee onbekende partijen, waarvan wij in 2020 en 2021 circa € 0,4 miljoen hebben ontvangen, betrokken zijn geweest bij witwasconstructies. Voorgaande was voor ons aanleiding om intern onderzoek te doen naar de derden gelden transacties in boekjaar 2022/2023 en nader inzicht te verkrijgen in de omvang in voorgaande boekjaren. Hieruit is gebleken dat het risico bestaat dat in het verleden onbewust is meegewerkt aan terrorisme financiering of witwassen. Wij hebben juridisch advies ingewonnen om onze risico’s en positie inzichtelijk te krijgen en hebben ons compliance beleid verder aangescherpt. Mede gebaseerd op het ingewonnen juridisch advies kunnen wij de potentiële impact van de risico’s niet betrouwbaar inschatten.
De netto-omzet/procentuele verdeling over de afzetgebieden kan als volgt worden weer gegeven:
Omzetverdeling | ||||
---|---|---|---|---|
2021/2022 in € |
2021/2022 in % |
2020/2021 in € |
2020/2021 in % |
|
Nederland | 6.629 | 17 | 6.765 | 18 |
Overige EU-landen | 10.077 | 26 | 8.974 | 24 |
Overige Europese landen | 1.458 | 4 | 2.224 | 6 |
Buiten Europa | 19.987 | 52 | 19.861 | 53 |
38.151 | 100 | 37.824 | 100 |
15. Kosten van grond- en hulpstoffen en diensten van derden
De kosten van grond en hulpstoffen en diensten van derden bestaan voornamelijk uit aankoop van pootgoed, hieraan gerelateerde (teler)vergoedingen, claims en commissies.
16. Personeelskosten
(in EUR x 1.000)
2021/2022 | 2020/2021 | |
---|---|---|
Lonen en salarissen | 1.874 | 1.727 |
Sociale lasten | 275 | 322 |
Pensioenlasten | 283 | 242 |
2.432 | 2.291 |
Bij STET Holland B.V. waren gemiddeld 26 fte in dienst in Nederland (vorig boekjaar 26 fte in Nederland).
Specificaties aantal FTE's
2021/2022 | 2020/2021 | |
---|---|---|
Directie en administratie | 2 | 2 |
Commercie en communicatie | 11 | 11 |
Inkoop en logistieke planning | 13 | 13 |
26 | 26 |
17. Overige bedrijfskosten
(in EUR x 1.000)
2021/2022 | 2020/2021 | |
---|---|---|
Verkoopkosten | 228 | 102 |
Kantoorkosten | 157 | 243 |
Personeelsgerelateerde kosten | 401 | 353 |
Reparatie en onderhoud | 102 | 102 |
Overige kosten | 846 | 607 |
1.734 | 1.407 | |
18. Rentelasten en soortgelijke kosten
Onder de rentelasten en soortgelijke kosten zijn voor EUR 0 (2020/2021 EUR 39.000) aan koersverschillen verantwoord.
19. Vennootschapsbelasting
Het effectieve en toepasselijke belastingtarief bedraagt 25% (2020/2021: 25%).
Overige toelichtingen
BEZOLDIGING DIRECTIE
De bezoldiging van directie bedraagt EUR 213.100 (2020/2021 EUR 208.000).
TRANSACTIES MET VERBONDEN PARTIJEN
Van transacties met verbonden partijen is sprake wanneer een relatie bestaat tussen de onderneming, haar deelnemingen en hun bestuurders en leidinggevende functionarissen. Dit betreffen onder meer de relaties tussen de onderneming en haar deelnemingen, de aandeelhouders, de bestuurders en de functionarissen op sleutelposities. Onder transacties wordt verstaan een overdracht van middelen, diensten of verplichtingen, ongeacht of er een bedrag in rekening is gebracht.
Er hebben zich geen transacties met verbonden partijen voorgedaan op niet-zakelijke gronden.
GEBEURTENISSEN NA BALANSDATUM
Er hebben zich geen gebeurtenissen met belangrijke financiële gegevens voorgedaan na balansdatum.
Emmeloord, 21 november 2023
P.C. Ton, directeur STET Holland B.V. G.F.J. Backx, directeur Royal HZPC Group B.V.